AEPEM, Aepem15/03 2015 – 62:14
Bibonne (boha en bohassa) en Raibaud (violen) achtten de tijd rijp om hun steentje bij te dragen aan het promoten van de traditionele muziek uit de Landes de Gascogne, de streek ten zuiden van de Gironde tot aan de Béarn. Alweer een traditie die omwille van verschillende redenen in de verdrukking raakte, en in de vergetelheid zou geraakt zijn mochten er in de jaren ’60 tot ’80 geen onverlaten geweest zijn die volop aan het verzamelen sloegen, nadat een eeuw eerder ook ene Félix Arnaudin, reeds vlijtig aan het neerschrijven van melodieën toe was gekomen. Voor de hier aangeboden bloemlezing was er hen veel aan gelegen om de klankesthetiek en de energetische uitstraling zo getrouw mogelijk te laten aansluiten bij de traditie. Dit brengt met zich mee dat er op relatief ‘ontstemde’ violen wordt gespeeld, één of twee toontjes lager dan de standaardstemming dus (wat volgens sommige bronnen te maken had met een zuinig omspringen met de snaren). Anderzijds werd er sinds de jaren zeventig huzarenwerk verricht om de boha te reconstrueren. Er bleken enkel nog wat opnames van de in 1957 overleden Jeanty Benquet van te bestaan. Daarenboven waren ze veroordeeld om solo bespeeld te worden, daar hun notenschalen nogal durfden verschillen afhankelijk van het model, waarvan de bourdons oorspronkelijk zweefden tussen si en si-mol. Vandaar dat veel nieuwe boha’s gebouwd zijn op de standaardtonaliteiten van de trekzak. Hier kiest men voor de oude aanpak en werd heel wat opzoekingswerk verricht naar de traditionele speel- en versiertechniek. Op zoek dus naar een osmose tussen de viool en de boha, die mogelijks hoe noodgedwongen wat speculatief blijft in de zoektocht naar de oude klank- en ritmische accenten. Niet minder dan 27 dansmelodieën, uit verzamelingen van ondermeer Marcel Lagardère, Julien Déjean en Lothaire Mabru, bieden een overzicht van alle hier courante dansvormen. Op een scottisch uit de collectie van laatstgenoemde bood draailierspeler Simon Guillaumin (ondermeer bij Xarnege) zich aan als gast. Zeker interessant voor wie op zoek is naar minder bekend Frans repertoire.
Bart Vanoutrive