Keltia III, Mercury, Universal Music, 374437-2 2013 – cd 74:49/dvd 2:27:34
Een klein jaar na het memorabele concert op 16 februari 2012 in de muziektempel l’Olympia krijgt iedereen de gelegenheid alsnog mee te genieten dit groots festijn, met een box waarin, naast een auditieve selectie op cd ook een integrale registratie op dvd terug te vinden is, keurig gemonteerd en tussenin soms even onderbroken om in de coulissen de diverse gastmuzikanten aan het woord te laten. Meer dan 2000 toeschouwers, drie generaties overspannend, worden tot tranen toe bewogen wanneer hij het podium betreedt en meteen weer verlaat om post te vatten voor de eerste rij, om vanuit dat standpunt zijn verhaal resumerend, ook de belangrijke rol van zijn vader en het bagad Bleimor van zijn jeugd in herinnering te brengen, waarna bagad Quic-en-Groigne de Saint-Malo ‘Bleimor, the bagad’ mee aanheft, nadat de low whistles van Kevin Camus en Jeanne McIver even het ‘Brian Boru’-thema aanbrachten. Hij vervolgt met ‘Eibhlin’, het eerste vroegkinderlijke Keltische lied waar hij mee geconfronteerd werd, haast volledig a capella, waarna het nog intiemer wordt wanneer hij terug het podium afdaalt om helemaal zonder begeleiding ‘O Langoned!’ te laten weerklinken.Vervolgens worden de oudste partners Dan Ar Braz in ‘The wind of Keltia’ (later ook nog met ‘Pop Plinn) en René Werneer voor ‘The trees they grow high’ hartelijk verwelkomt en maakt jong talent Nolwenn Leroy haar opwachting voor ‘Brian Boru’. De zaal barst uit de voegen wanneer na een dik uur alle hens aan dek geblazen wordt voor een tien minuten durende helse suite. Het publiek is dan pas halfweg, want dit feest duurde niet minder dan twee uur en dertig minuten. Het concert ‘ontaardt’ meer en meer in een heuse fest-noz waarbij naar het einde toe het nieuwere werk steeds meer wijkt voor de oude klassiekers. Wanneer Joane McIver samen met Stivell ‘Tha mi sgith’ vertolkt is een substantieel deel van het publiek al lang aan het dansen geslagen. Het vuur slaat volledig in de pan wanneer de Frans-Ierse Pat O’May met hoog metalrock-gehalte vaste gitarist Gaëtan Grandjean komt versterken in de ‘Suite Sudamoricaine’ en volgende nummers. Ook het bagad laat zich niet onbetuigd in deze wervelende eindfaze. Nadat de zaal uit volle borst ‘Tri Martolod’ meegezongen heeft, wordt het stil,… Alan zet solo ‘Bro gozh’ in, waarna deze hymne explodeert, om tenslotte te eindigen in een a capella duet van Alan en Nolwenn,… Aan de eindovatie lijkt geen einde te komen. Welk een energie draagt deze, op dat moment 68-jarige Stivell, om met met zoveel bravoure heel die tijd uit te zingen. Een schitterend eerbetoon, en gelukkig niet de zwanezang, zo blijkt ondertussen.
Bart Vanoutrive